Toeval – Hoofdstuk 2
Zoals in een eerdere post vermeld over toeval (link), verhuur ik verschillende soorten accommodaties: kamers (per dag of een paar nachten) en voor langere termijnen studio’s en appartementen, vaak aan bedrijven voor hun werknemers. In één specifiek gebouw beheer ik vijf appartementen en een studio, die ik allemaal van de eigenaar huur en vervolgens doorverhuur. Er is nog één appartement in datzelfde gebouw dat ik niet beheer.
Het gebouw heeft een klassieke ingang met twee deuren. De eerste deur staat altijd open en scheidt de inkomhal van de straat. In deze hal bevinden zich de brievenbussen, een belpaneel voor de appartementen en een lockerbox voor sleutels. De tweede deur leidt naar de trappenhal en de lift en moet om veiligheidsredenen altijd gesloten zijn. Toch blijft die deur soms tijdelijk openstaan wanneer er goederen in- of uitgeladen worden. Om dat makkelijker te maken, heb ik een simpele constructie gemaakt met een touw, zodat de deur niet steeds dichtvalt.
De nacht van de inbraak
Tot voor kort had deze manier van werken nooit problemen opgeleverd. Maar in de nacht van zaterdag op zondag ging het mis. Zondagochtend kreeg ik een bericht van een werknemer uit appartement 2: “Oei, mijn fiets is weg. Weet je wat er gebeurd is?” In de inkomhal stonden normaliter twee fietsen: die van hem en die van de vaste bewoner van het appartement dat ik niet beheer.
Nog slaperig bekeek ik de camerabeelden van die nacht. Ik zag dat in één van mijn appartementen drie personen verbleven. Twee van hen kwamen eerst binnen en zetten de tweede deur open voor de derde. Toen die derde persoon aankwam, vergrendelde hij de deur niet opnieuw. Mogelijk dacht hij dat de deur per ongeluk open was blijven staan, of hij was er simpelweg niet bij met zijn hoofd—wellicht onder invloed van alcohol. Hoe dan ook, de deur bleef vanaf 00.30 uur wagenwijd open, waardoor iedereen naar binnen kon, inclusief de kelder waar meestal geen waardevolle spullen liggen maar waar wel allerlei deuren openstaan.
De eerste indringer
Om 01.30 uur kwam er een onbekende man het gebouw binnen. Op de camerabeelden zag ik dat hij eerst naar de fietsen keek en daarna de kelder in ging. De kelder is eveneens voorzien van camera’s, en daarop was te zien dat hij meerdere ruimtes inspecteerde. Ik hoorde later van een bewoner dat hij zelfs op verschillende deuren heeft geklopt, tot aan de zesde verdieping. Op de vijfde verdieping — waar de huurders verbleven die de deur hadden opengezet — werd er wel opengedaan, al weet ik niet precies wat daar is besproken.
Niet veel later verliet hij het gebouw met mijn gereedschapskoffer. Rond 04.00 uur verschenen er opnieuw twee personen op de beelden. Zij gingen heel systematisch te werk in de kelder: doos na doos, locker na locker. Uiteindelijk namen ze beide fietsen en, vreemd genoeg, ook mijn vuilniszakken mee. Verder leek er op dat moment niks van waarde te zijn verdwenen.
De schade en de camerabeelden
De daders droegen jassen, capuchons en sjaals voor hun gezichten. Hun gezichten waren onherkenbaar, maar hun postuur, de kleur van hun kledij en hun rugzakken waren duidelijk in beeld. Omdat de fietsen niet van mij waren en de rest van de schade beperkt leek, had ik in eerste instantie weinig zin om hier veel tijd in te steken. Bovendien bleek bij navraag bij mijn verzekering dat het eigen risico te hoog was om een claim in te dienen.
Een onverwachte wending
Toch stuurde ik de gemaakte screenshots door naar de werknemer wiens fiets was gestolen. Hij was vastbesloten de daders te vinden en lette op elk detail: een groene jas met witte kap, een Basic Fit-rugzak, een herkenbaar postuur. Nog diezelfde zondagavond kreeg ik een bericht: “Alles is gevonden.” Hij had de screenshots aan een vriend laten zien, die de dader meteen herkende van een eerdere ontmoeting in een café. Ze confronteerden de man, die de diefstal toegaf. Het bleek iemand te zijn met drugsproblemen die van het OCMW leefde.
Er werd afgesproken dat hij alle gestolen goederen zou teruggeven en een schadevergoeding zou betalen, in ruil voor geen officiële aangifte. Ook kreeg hij een duidelijke waarschuwing en, zo begreep ik, een stevige afstraffing. Maandagochtend zag ik op de camerabeelden dat de werknemer zijn fiets terug had en er weer mee naar zijn werk vertrok.
Reflectie
Dit hele voorval herinnert me aan Derek Sivers, die in zijn boek How to Live schrijft over toeval. Wat een toeval dat één screenshot, gestuurd aan precies de juiste persoon, in no-time leidde tot het vinden van de dader. Normaal gesproken zou ik misschien geen beelden delen of geen verdere actie ondernemen. De kans dat alles zo snel op z’n pootjes terechtkwam, is klein. Maar het gebeurde — en het laat opnieuw zien hoe verrassend toeval soms kan uitpakken.