Middeleeuwen
In de middeleeuwen werden ziektes bestreden met wat wij nu primitieve middelen noemen. Ik weet niet exact welke, maar het zal wel iets zijn waar we nu meewarig naar kijken. De zotste dingen werden gedaan om mensen te genezen. Nu glimlachen we erom of bekijken we het met afgrijzen.
En toch, nu zijn we vandaag. En morgen is mijn eerste bestraling. En dan denk ik onwillekeurig: wat gaan ze daar in de toekomst van denken?
Primitief precisiewerk
Want we moeten eerlijk zijn: eigenlijk is het toch een heel primitief middel om een ziekte te bestrijden. Ik word bestraald, en men veronderstelt dat de kankercellen minder snel regenereren dan de gezonde cellen.
Maar ja… kanker, dat zijn toch net die ultra-clevere, supersnelle, heel resistente cellen? Die misschien net béter tegen straling kunnen? Zou ik persoonlijk toch denken.
Het voelt als iets uit de middeleeuwen. Iets waarvan men later gaat zeggen: “Dat deden ze toen nog.”
Gezond en bestraald
En dan dat andere perspectief.
Normale mensen — sorry, mensen die geen bestralingen moeten ondergaan — die zijn vandaag bezig met vegan eten. Met supplementen. Ze volgen Huberman op YouTube om die 10% gezonder te worden. Of zelfs maar 5%.
Je hebt ook Peter Attia, en zijn ideeën over longevity. Alles in kleine stapjes, om op zo laat mogelijke leeftijd nog zo gezond mogelijk te zijn.
En dan komen wij af met… bestralingen.
Letterlijk: straling. Zaken die ook uit een atoombom komen. Ja, fijnschalig en gecontroleerd en blablabla — maar het blijft hetzelfde spul.
Mensen zijn eraan gestorven. In het begin van de eeuw werd het nog verkocht als een curiositiet, een foto van jezelf gemaakt met rointgenstralen. Is Madame Curie haar handen niet verloren nadat ze dit had ontdekt?. En ik vermoed dat er nog veel anderen vreselijke dingen hebben meegemaakt — gewoon omdat we nog niet beter wisten.
En nu? Nu onderga ik bestraling. En moet ik vaststellen dat we teruggrijpen naar zo’n ongelooflijk oermodel om iets uit te roeien.
Waar zit het?
En wat nog complexer is: ze weten eigenlijk niet helemaal waar het zit.
Mijn arts zei: als je nog een normale anatomie hebt, dan weet je waar je wat kunt verwachten — de klieren, de prostaat, de zaadblaasjes… Dat heeft zijn vaste plaats.
Maar eenmaal dat alles is weggesneden, en weer aan elkaar gezet, is het nu eigenlijk een kluwen van weefsel.
En in dat kluwen zit — in mijn geval — nog wat alien-weefsel. Misschien is dat wel een goeie beschrijving.
Daar zitten dus wat ‘aliens’ in mijn lichaam. Hele kleine deeltjes die groeien. En die gaan we nu met bestraling proberen weg te doen.
Oog op het niets
Ik heb verschillende scans ondergaan. En daarop was eigenlijk niks te zien — geen duidelijke uitzaaiingen.
Maar tegelijk hebben ze volgens mij ook niet kunnen zien waar die aliens zich dan precies bevinden. Die celletjes die toch aan het groeien zijn.
Dus nu wordt een regio bestraald.
Heel intelligent gedaan, dat wel. Ze hebben me uitgelegd hoe ze dat doen — hoe ze een bepaalde vorm in het lichaam kunnen bestralen. Maximaal. Knap.
Maar… het blijft een oermiddel.